Het logboek 2019 met een aantal foto’s kan met deze knop worden gedownload.
10. Hete nachten
Maandag 23 juli blijven we nog een dagje aan de Kabbelaarsbank liggen. Chih Ling gaat zwemmen en inspecteert ook ons onderwaterschip. Er zit bij de boeg wat aangroei, maar de rest is schoon, ook de schroef. Roel en Gerda komen vlak voor Chih Ling liggen. Tony en Chih Ling verwachten ook nog Canadese kennissen, Jim en Liz, die ze kennen uit Griekenland. Later kwamen ze elkaar weer tegen op de Rhône. Hij komt inderdaad tegen twee uur en vinden een plekje aan de volgende steiger. Op de Pescador wordt voor hen een feestje georganiseerd met hapjes, drank en muziek. Tegen half negen wordt de boel opgebroken. Het is een warme nacht.
Dinsdag staan we vroeg op. De Pescador gaat water tanken en daarna ergens ankeren. Wij gaan richting Ossenhoek. Daar besluiten we een rondje Hompelvoet te zeilen. Het gaat heel, heel langzaam: eerst 0,5 knoop, maar later ‘zelfs’ 2,5. We ankeren om 13.00 uur vlak onder de ZW-hoek van de Hompelvoet. Een uur later komt de Pescador daar ook liggen, een uur later gevolgd door Jim en Liz en, nog een uur later, ook door de Cazador van Koos en Nelleke. We borrelen op de boot van Jim en Liz, een zwaar en op oceaanreizen ingericht schip. (Jim wil hem voor een heel schappelijke prijs verkopen want ze gaan terug naar Canada. Jammer dat het binnen zo’n puinhoop is! Niemand telt €25.000 neer voor een varen varkenssnot! Zo wordt het dus lastig verkopen.) Het wordt een heel rustige avond en we zien een grazend ree op de kant.
Woensdag worden we wakker onder een loodgrijze hemel. Het blijkt tamelijk vlakbij geonweerd en geregend te hebben en de wind is 180 graden gedraaid. Op de radio horen we dat wat we zien ‘uitdovende buien’ zijn. Nou dat hoop ik dan maar, want voor een onweersbui met wind liggen we hier niet helemaal safe. Het valt mee: we zien een paar uitgebluste buien passeren, maar er gebeurt niets. Tegen tien uur verkassen we naar de Ossenhoek. We vinden daar een prima plekje, met de Pescador aan de overkant. Later volgen de Casador en de Quesederia van Jim en Lis ook, op verschillende plekken. De bewolking lost op en het wordt zelfs weer vrij warm! Tegen vijven gaan we op een plekje in de schaduw van wat bomen gezellie borrelen en liedjes spelen, totdat het daar om half negen een beetje fris begint te worden. Het wordt een vrij zwoele nacht, als aankondiging voor wat komen gaat….
Donderdag begint warm en zeer zonnig, terwijl het laatste zomerzuchtje de geest geeft. Het haventje stroomt vrijwel helemaal leeg. Op de radio horen we verwachte temperaturen van 31 graden aan zee tot 37 in het binnenland… Misschien een lokaal klapje onweer ’s middags. Inderdaad is het om tien uur al zo warm dat Hanneke bijna een appelflauwte krijgt als ze even een rondje eiland wandelt. Door de aanhoudende NO-wind lukte het de afgelopen weken niet om naar de Wadden te varen. Diezelfde wind zorgt ook voor kwallensoep. (Gelukkig steken deze kwallen niet.) Ik blijf vandaag en morgen zoveel mogelijk in de schaduw en binnen: daar is het maar 29 graden om twaalf uur. Als ik kalm op m’n rug ga liggen in het vooronder is dat best uit te houden. Desnoods doe ik een ventilatortje aan. Morgen schijnt het nog erger te worden! (Zeker door al die zweterige bouwvakkers hier in de buurt!) Chih Ling stuurt een beschrijving van de boot van Jim toe voor een advertentie. Het is een zeer volledig schip met een indrukwekkende lijst van technische uitrustingsstukken, rijp voor een oceaanreis. (Wat hij alleen vergeet te vermelden is dat de binnenkant volledig uitgewoond en vies is. Geen mens zal $25.000 uitgeven aan een varende varkensstal met mest- en steekvliegen binnen!! Zelf zal hij het niet opruimen, dus de verkoop wordt een drama!) Het wordt steeds warmer. Om vijf uur is het in de kajuit ruim 32 graden en er staat maar heel af en toe een zuchtje wind. Pas tegen negen uur wordt het koeler. In de verte zien en horen we een onweersbui, maar wij krijgen alleen vijf minuten windvlagen. Het trekt aan ons voorbij. Teleurstellend.
Vrijdag begint, zoals voorspeld was, heel warm en winderig. Omdat de wind verkoelend werkt schuur ik ’s ochtends voor het ontbijt het grootste deel van de schuurlijst. (Die zag er langzamerhand echt smerig uit!) De laatste meter is net buiten mijn bereik en komt later nog wel. Daarna in de teakcleaner en dan in de teakolie. Het wordt 34 graden en tegen de avond worden onweersbuien voorspeld, dus blijven we vandaag nog even liggen. Veel helpen doet dat overigens niet, want morgen, zaterdag 28, wordt een flinke weersomslag voorspeld met wind, buien en onweer… Dat lijkt ons wel lekker, zo’n verkoeling na al die hete nachten. In elk geval wordt deze nacht een stuk koeler. Tijdens de maansverduistering is het bewolkt en Tegen middernacht begint het plotseling flink te waaien en komen buien aanzetten. We zetten snel de kuiptent op en vlak daarna valt de eerste verkoelende bui, gevolgd door een paar stevige andere.
Zaterdag is het grijs en waait het. Toch is het niet koud. De verwachting is windkracht 4 tot 5, mogelijk 6 en bij Vlissingen en Hoek van Holland mogelijk 7, later via zuid naar west en terug, met de wind van achteren. Vandaag blijven we dus ook liggen, want ankeren is vrij onbeschut. ’s Avonds ontdekken we in de koelkast een volkomen verfrommeld doosje. Tot onze stomme verbazing zitten er toch nog vijf, gave (!) eieren in. Even later komen Tony en Chih Ling borrelen tot over elven. Met het lampje van Tony erbij is dat heel gezellig
Zondag worden we wakker doordat de boot heftig ligt te rukken. De wind is gedraaid en er lopen flinke golven de haven in. Andere boten gaan heftig te keer, maar bij ons valt het eigenlijk wel mee, hoewel we net op het hoekje van de ingang liggen. Later draait de wind iets naar het zuiden en liggen we weer prinsheerlijk. Alleen neemt nu het klapperen en fluiten weer toe met de wind. De verwachting is vanmiddag 6, mogelijk 7 met regen. Dus wij blijven opnieuw liggen. Later horen we dat de Pescador ook blijft. Het wordt een echt, ouderwets soort zondag: grijs, saai, geen moer te beleven. Uiteindelijk app ik Gerrit en Hedy maar eens, want daar hebben wij lang niets meer van gehoord. Gelukkig gaat het daar goed, tenminste overwegend. En dan gaan we morgen maar boodschappen doen en, misschien, een keertje uit eten.
9. Zomer in Zeeland
Maandag 16 juli blijkt uit het bezoek aan de specialiste in Leiderdorp dat mijn bloedwaarden een vrij gunstige uitslag laten zien. Daar zijn we wel blij om: het had ook wel ongunstiger uit kunnen pakken! Wel blijf ik onder 4-maandelijkse controle. Terug op de Schelpenkade, besluiten we eerst naar Noordwijk te rijden om nieuwe gitaarsnaren te kopen. Daarna rijden we (met enig oponthoud) terug naar de Middelplaat. Het is op de boot / boten vreselijk warm. Voor ons aan de steiger ligt een bootje met een heleboel kinderen, allemaal meisjes. Ze liggen in het water, vermaken zich en gillen, zoals meisjes van 5 tot 10 dat doen. Het is ontzettend warm tot zeven uur en dan plotseling koelt het af, de wind draait 180 graden en in de verte zien we een loodgrijze lucht. Onze buurman zegt dat er onweer in de buurt is. Dat blijkt te kloppen, maar het trekt allemaal ver van ons voorbij langs.
Dinsdag waait het behoorlijk, precies van achteren de kuip in. Bovendien is het behoorlijk fris. Onze buren draaien de boot om en wij doen dat uiteindelijk ook. Daarna vervang ik de gitaarsnaren: een fijn geluidje maakt de gitaar weer! Dan een berichtje van neefje Jon en Jet. Ze zitten in een huisje op de Roompot, bij Ouddorp. Ze komen morgen om een uur of tien langs met Vesper en Rebel. Ze vragen of de boot wel veilig is voor peuters van 2 en 0 jaar, ook zonder zwemvest. Ik denk het wel. Chih Ling komt vertellen dat het filmpje van ons, gitaar spelend voor Hannekes verjaardag, is mislukt. Tony had de camera aan staan terwijl ze rondliep en – om te filmen – juist tijdens het liedje op het knopje gedrukt en dus uitgezet. (Nou ja, ik ken iemand die een hele huwelijksreportage op die manier heeft gemist….) Van de consternatie laat ik twee broodjes vallen, vanzelfsprekend met het beleg op de vloer… Gelukkig kun je bij ons van de vloer eten, en dat doen we dan ook maar…
Woensdag is het warm, zonnig en windstil. Zowat iedereen aan deze steiger vertrekt nog voor 10 uur. We krijgen een berichtje dat Rebel nog slaapt (een supergave! Zeker de hele nacht gestookt….) Nou, wij hebben niets te doen, dus Hanneke gaat de voor een peuter toegankelijke stukken van de boot schoon en baby-proof maken. Jon en Jet komen Tegen elf uur aan met een flinke berg spullen. We eten een appelflap, resp gevulde koek en Rebel wordt in het vooronder gestald in haar draagwieg. De opstappers lijkt het wel leuk om een eindje te varen, zeker als daar een strandje is. Vesper is al heel snel over haar aanvankelijke verlegenheid heen en wil alles onderzoeken. Als we langs de waterdoorlaat varen zien we een zeehond. Hanneke leert haar daarna dat zo’n ‘groot groen ding’ een boei is en dat die niet varen omdat ze vast liggen aan de grond. Dat herhaalt ze dan ook bij elke volgende boei: “die kan niet varen, want die ligt vast.” Ook de masten van zeilboten op afstand herkent ze toch al snel: “kijk, nog meer stokken!” Op de Ossenhoek zien we een meisje van een jaar of 16 met haar moeder krabbetjes vangen. Zíj blijken op hun boot ook nog een kinderzwemvest te hebben. Dat mogen we even lenen, net als de krabbetjes hengel. Heel aardig! En zo, binnen 5 minuten na aankomst, staat Jon met Vesper al krabbetjes te vangen op de steiger…. Daarna gaan ze naar het strandje: ook heel leuk als je 2 jaar bent! Het is hier veel drukker dan de vorige keren. In de verte zit een klein meisje luidkeels Sinterklaasliedjes te zingen, gruwelijk vals. (Desoriëntatie van tijd en plaats! Niet zo best…) Net over enen wordt Rebel wakker en begint te huilen. Ik stuur een berichtje en loop even naar het strandje. Hanneke blijkt door Vesper omgedoopt tot ‘oma zusje’ (Els is Hannekes zusje en Vespers oma.) Daarna lunchen we in de kuip. Vesper wil wel even liggen in de achterkajuit, maar bepaald niet om te slapen. Tegen drie uur besluiten we terug te gaan omdat Jon en Jet ook nog boodschappen willen doen. Vespers mag even sturen. Ze snapt uitstekend dat ze aan het stuurwiel moet draaien, maar waarheen interesseert haar volstrekt niet. Dat leidt tot een enigszins bizarre koers. Tijdens het sturen wijst ze op de grote moer waarmee het stuurwiel vast zit en zegt: “Dat is de toeter!” Ze kijkt nog een keer naar het gat in de moer en zegt “Oh, de toeter is kapot.” (Verbazingwekkend,, zo snugger, dat soort constateringen voor een kind van 2!) We leggen bij de Middelplaat weer even aan bij een boot uit Eindhoven zodat Jon en Jet met hun hele hebben en houwen af kunnen stappen. Daarna varen we terug naar de Ossenhoek. Onderweg zeggen we tegen elkaar wat een ontzettend leuk, grappig en slim grietje Vesper is. Het was een ontzettend leuk bezoekje. Op de Ossenhoek ligt de Pescador aan de steiger. Wij kunnen naast hen aanmeren en – een uurtje later – achter hen meren aan de steiger. We snacken wat en gaan daarna op de Pescador muziek maken. Wat later komen ook Mart en Tine langs tot iedereen tegen half twaalf te kooi wil.
Donderdag is het opnieuwstralend zonnig en er is vannacht een hoop dauw ontstaan. De Pescador gaat naar het eilandje ‘Dwars in de weg’ en ‘de Stampersplaat’ om de paarden te filmen. Wij verleggen en draaien de boot en gaan de boel schoonmaken. Ik doe het dek en plan het kajuitdak. Hanneke maakt alle RVS vrij van vlekken en roest. Zíj is net zo blij als ik met de nieuwe dekwaspomp: ze staat alsmaar vanuit de heup te spuiten…. De middag verloopt verder heel gezapig: ik doe een middagdutje, Hanneke poetst de scepters van de railing, Chih Ling komt langs, roeiend, om te vertellen dat hij voor de haven achter een anker ligt en we krijgen een aardige buurman met een mooi, maar piepklein bootje. Hij heeft maar 40 cm diepgang, een gaffeltuigje met kluiver en een kajuitje waar hij eerst alles uit moet halen om er te kunnen slapen. Hij is met dat bootje tot Zaltbommel gezeild! Hij wilde via de IJssel naar Friesland, maar na de drukte op de Waal heeft hij besloten terug te gaan. Hij heeft dat allemaal in z’n eentje gevaren. (Wel een prestatie!) Hanneke gaat voor tien uur ’s avonds te kooi en ik volg een uur later.
Vrijdag 20 juli loopt de Ossenhoek al om half negen leeg. Merk-waardig: gisteren was het nog bomvol! Wij gaan water tanken in Scharendijke en dan naar de Kabbelaarsbank. De Pescador ligt daar al achterin en wij vinden ook een plekje, twee steigers verder. Als ik wil aanleggen staan er allemaal behulpzame mensen klaar om een lijntje aan te pakken. Ik gebruik de boegschroef (en wel 5 keer de verkeerde kant op, wat tot veel hilariteit leidt….) Onze buren blijken aardige mensen te zijn, die ook in N-Frankrijk en op Wight zijn geweest met hun bootje, een Dufour 3800 (staat voor het gewicht) uit Numansdorp. Hanneke gaat met de auto mee om boodschappen te doen en eenmaal terug, gaat ze opnieuw rvs poetsen. Het is blijkbaar erg bevredigend en het wordt ook wel mooi! Alsmaar complimenten dus.
Zaterdag wil iedereen (behalve ondergetekende) met de auto naar de schippertjesdagen in Bruinisse. We zien de dijken nu eens van een andere kant en het landschap daarachter is eigenlijk best gevarieerd. Na tal van piepkleine, oude dorpjes blijkt Bru al van verre afgesloten voor verkeer. We kunnen de auto kwijt bij de ‘nieuwe’ Jachthaven en moeten verder lopen. Bij de vissershaven is het behoorlijk druk en er staan een heleboel palingrokerijen voor een kookwedstrijd. Ze kosten overal € 18.50 per pond. We lopen de hele markt rond tot achterin het dorp. Terug zien we een prima drumgroep met dikke, dunne, mooie en lelijke oudere drummers in wijde harembroeken die een heftige en leuke drum-show te beste geven. Ze hebben de toepasselijke naam ‘Rammen rammen. Na Bruinisse rijden we terug over Ouddorp. Tony hoopte daar paling te kopen. Helaas blijkt daar vandaag geen enkele palingroker te vinden te zijn. (Die staan allemaal in Bruinisse!) We drinken een biertje op het terras van het pannenkoekenhuis en gaan dan weer naar de boot. ’s Avonds maken we weer een beetje muziek op de Marlijn.
Zondag komt er een plek vrij naast de Pescador en verleggen we onze boot twee steigers, naaast de Pescador. Daarna gaat Chih Ling ergens bij Maasdam kijken naar een op internet aangeboden nieuwe genua en de dames gaan mee. Het wordt een beetje bewolkt, maar blijft warm en droog. Ze zijn om vijf uur ’s middags terug: Chih Ling met een splinternieuw zeil, waarvan het voorlijk helaas wel 20cm te lang is.
8. Surprise party!
Donderdagochtend 12 juli is de wind weg en de zon ook. Voor de komende dagen wordt overal warm en zonnig weer voorspeld, behalve aan de kust…. Bovendien is het knap fris. Ton, van de Santé komt even langs en brengt weer een krant mee. Het blijft de hele dag winderig en koud, maar vanaf een uur of twee tot zes komt er wel een zonnetje bij. Op de Pescador krijgen ze bezoek van Patty, een aardig ex-schoonzusje, die in Serooskerke tijdelijk op een boerderijtje met dieren past. Ik ga het andere potdeksel schuren, wat weer tot veel commentaar van Chih Ling leidt. Bijna halverwege de zijkant vind ik het te koud en ook wel genoeg voor vandaag. Hanneke loopt een beetje te ‘mopperen’ dat ze eigenlijk een surprise party wil met haar verjaardag. Ik reageer met ‘Dat heb je heus wel eens, een soort van… gehad”, maar echt helpen doet het niet. (Wel een heel klein beetje zielig, natuurlijk! Altijd mee met die boot, altijd ergens in verweggistan, nooit vriendinnetjes in de buurt, nooit kadootjes met je verjaardag, altijd eenzaam en alleen… Eigenlijk wel heel errug zielig!….) ’s Avonds gaat Hanneke om half acht slapen. Ze heeft last van ‘het zuur en is rillerig. Dat is voor mij een goeie gelegenheid om met Tony en Chih Ling te overleggen over zaterdag. We hebben namelijk een complotje…. Hanneke hoopt dus al jaren op een surprise party, maar dat zit er eigenlijk nooit in. Nu gaan we toch proberen daar iets aan te doen. We hebben beide een liedje voor Hanneke gemaakt, we hebben hier aardige mensen leren kennen, en John en Ludy komen vanuit Limburg hier een weekendje heen, ‘een minivakantie’! Intussen heb ik ook de feestvlaggetjes teruggevonden en Tony heeft ook nog twee slingers oranje vlaggetjes. Tony en Chih Ling gaan morgen boodschappen doen en kunnen dan ook wel stiekum taart en spullen voor hapjes meenemen zonder dat Hanneke dat ziet. Zo wordt het misschien toch nog een klein surprise-partijtje…
Vrijdag is het eerst half bewolkt, maar al snel overheerst de zon. Hanneke is helemaal opgeknapt. Zelfs zover dat ze zegt dat ze “dan maar afziet van een surprise party en niets aan haar verjaardag hoeft te doen….” (Nou ja, het wordt in elk geval een verrassing!) In de loop van de ochtend schuur ik de andere helft van het potdeksel en zet het daarna in de teak-cleaner. Misschien kan ik het straks ook nog in de teak-olie zetten! De Pescador verhuist tegen het middaguur naar de Middelplaat en belt even later dat ze een plek aan de binnenkant hebben. Wij blijven nog eventjes liggen. Misschien vanavond, of anders morgenochtend vroeg, vaar ik daar ook heen. Als ik halverwege ben met de teakolie, belt Chih Ling dat er nu een plek vrij komt, zowat naast hen. We starten de motor, gooien los en zijn een kwartiertje later daar. Opeens liggen we uit de wind, in de zo’n! Prinsheerlijk! Ik maak het potdeksel af en reken de boodschappen af die zij voor ons hebben gedaan. Ze komen daarna bij ons nog even borrelen. Wij eten lofsla, patatten en een perfecte varkensoester. Daarna nog wat nagaren in de zon. Hanneke blijkt toch een heel klein beetje ongerust over taart op haar verjaardag en over borrelhapjes… Uiteindelijk mompel ik dat Tony wel wat voor ons heeft meegenomen. Ook blijkt, tot mijn verrassing, dat zij eigenlijk aan het eind van de komende week weer naar Leiden wil omdat het slechter weer wordt.
Zaterdag is het 14 juli en dus Hannekes verjaardag. Ik ben vroeg op en hang veelkleurige verjaardagsvlaggetjes aan de bezaan en de hoofdmast en tussen beide masten in nog oranje vlaggetjes van Tony. Als Hanneke wakker wordt ziet ze het eerst helemaal niet. Als ze die toch ontdekt zegt ze meteen “haal weg!” Maar daar pieker ik niet over. Roel en Gerda komen aan en leggen vast, vlak voor ons. Dan komen Tony en Chih Ling met taart en felicitaties, Roel en Gerda ook, met een schilderijtje naar keuze en Belgische bonbons. Tony heeft voor Hanneke een heel decoratief en handig olielampje gemaakt! Daarna eten we de taart bij de koffie op de boot. (Dat past maar net aan: de schipper zit dus maar binnen en verricht hand- en spandiensten, zoals het serveren van de koffie en taart…. ) Ook stromen er allerlei felicitaties binnen via internet. Pas tegen twee uur ’s middags keert de rust terug. Dan, om vier uur komen Ludy en John aan op de fiets. Hanneke zit te lezen en heeft niets in de gaten. Als ze haar zusje en zwager ziet is ze helemaal van slag: dat had ze nu echt niet verwacht! Intussen zijn Tony en Gerda en Chih Ling bezig om bij een barbeque-tafel verderop hapjes en dingetjes klaar te zetten. Dus verplaatst de boel zich daarheen. Chih Ling en ik nemen de gitaren mee en spelen twee verjaardagsliedjes, speciaal voor Hanneke gemaakt. (Daarna worden het meer de meezingers.) Het gezelschap breidt zich al snel uit met Ardje en Willem, een vriendin van hen met partner, Joyce en haar man Wim-Peter en vrienden van hen… Tegen acht uur ’s avonds wordt het erg fris en besluiten we op te breken. John en Luud blijven nog Irish Coffee drinken (2), want ze zijn toch op de fiets….. Zíj vertrekken vlak voor twaalven op de fiets naar hun tentje bij een boer nabij Ellemeet. Ruim na middernacht verzucht Hanneke dat dit toch echt wel een surprise party was, mede door Luud en John en ondanks het gemis van haar vrienden en vriendinnen thuis. Ook de hulp van Tony en Chih Ling was onbetaalbaar. Wel heeft ze nog een klein wensje: nu weer eens een echt feest organiseren…..
Zondag: opnieuw is het zonnig! Ik ruim de vlaggetjes op, we wassen af en gaan met een berg wasgoed, samen met Toni en Chih Ling met de auto naar Leiden. Daar blijkt dat we Lieke nogal overvallen: na een avondje stappen in A’dam had ze ons nog niet thuis verwacht. Ze wilde net verder schoonmaken, maar tja… We gaan voor het huis op het bankje zitten, want in de tuin is het te warm. Om vijf uur begint het WK en daarna gaan we naar de Griek.
7. Lieke op de boot
6. Zon, wind en water
Op de Pescador komen zoon Chung en z’n vriendin Jolie tegen vieren aan. Chung is stevig geërgerd door allerlei files. Ze gaan met z’n vieren uit eten. Wij ook, trouwens: patat met biefstuk, extra mals gemaakt met Toni’s malsmaker (mafmaker). Piet Sap en vriendin (Ghilaine) komen even buurten. Ze zijn nieuwsgierig of wij hebben gezien wie hun bijbootje trachtte te ontvreemden. Dat was niet het geval: zijn touwtjes waren zo rot, dat het bootje er aan één kant er spontaan doorheen zakte. Daarna heeft Chih Ling de andere kant ook laten zakken, zodat het motortje geen risico liep onder water te raken. Intussen neemt de wind gestaag toe, draait naar ZO, van achteren en wordt kouder. De voorspellingen zijn niet zo gunstig: we krijgen vannacht de wind – en dus de golven – met 5 Beaufort vrijwel recht van achteren, van 6 km door de havenopening – op de kont.
Zondagochtend 1 juli blijkt dat de voorspellingen klopten, zelfs wel iets te gematigd waren: ZO 6 Bf en af en toe oplopend tot 7. De hele nacht heeft het geklotst, gefloten, gegierd en geknerpt. Aan overkant zijn vannacht al een paar bootjes van ellende weggegaan en vanochtend de rest, behalve Piet. Op de Pescador en op de Marlijn hebben de schippers lekker geslapen, maar wel als enigen! De rest heeft een doorwaakte nacht beleefd… De Grevelingen ziet wit van de schuimkoppen. In het haventje lopen flinke golven naar binnen en onze boot ligt recht achter de haveningang te hobbelen. Met een extra lijn op de kant is het onrustig maar wel veilig. Voor de komende dagen schijnt dit zo door te gaan. Ik vind dus dat we beter voor anker kunnen gaan liggen, maar de bemanning wil dat persé niet… Intussen lijkt het erop dat OLH mijn gebed heeft verhoord: bij de stoelgang hoorde ik vanochtend nog maar een heel klein beetje van dat angstaanjagende geborrel in de zwartwatertank! Dank u OLH, dus! Ik zal het nooit meer doen! Overigens valt mij ook hier een eigenaardig fenomeen op: hoewel sommige mensen hier met een groot comfortabel jacht aan de steiger liggen, spoeden zij zich om half negen, met strandstoelen, parasols, zonnetenten, tafeltjes en koelboxen naar het enige struikje op de kant, om zich daar van een plekje te verzekeren….. Ik herinner me nog uit de 50-er jaren, dat bij Zandvoort op het immense strand vol kuilen, ook bepaalde strandgangers feilloos een bepaalde kuil herkenden en onder het roepen “Das ist unsere Keule!” aanspraak maakten op die twee vierkante meter zand…. Vreemd geval van adaptatie…! (En, aldus schrijvend over mijn momenten van verbijstering, kom ik de dag wel door.) Om een uur of één komen de Pescadores weer terug van een wandelingetje naar het strand. Onderweg zagen ze dat de Middelplaat vrijwel onbezet was. Daar liggen we wel minder onaangenaam. Hanneke wordt helemaal zenuwacht van het vooruitzicht hier met zoveel wind te vertrekken. Gelukkig gaat dat probleemloos. Bij de Middelplaat hebben we keus te over! We leggen aan bij een steiger naar het oosten. Een uur later zijn de windvoorspellingen gewijzigd: overmorgen is dit de lager wal of, nog erger, waait de wind weer schuin van achteren de kuip in…. Het is dus nooit goed! In elk geval liggen we de rest van de middag heerlijk met de wind pal van voren, zodat wij in het zonnetje en de beschutting zitten. Ik maak een enorme berg goed gevulde saus met pasta: nog zeker voor twee dagen, eventueel met drie personen. Hanneke valt om tien uur ongeveer om en gaat naar bed. Morgen een nieuwe dag!
Maandag begint uitbundig zonnig, maar het wappert ook wel weer flink, schuin van voren. Piet Sap komt aanvaren en vraagt of hij bij ons kan aanleggen. Dat lijkt mij niet zo’n aangenaam idee: aan de lage wal met de wind toenemend in sterkte en dwars op de boot. Gelukkig roept onze Belgische achterbuurman dat hij zo gaat vertrekken. Piet legt voor tijdelijk aan, maar zo dat de achterbuurman er niet uit kan. Als hij los gooit rollen alle stoorwillen bij ons op het dek en schraapt hij met nogal wat voorgesteld lang onze boot. Als Hanneke “ho!” roept, gaat hij volgas in z’n achteruit, met een soortgelijk effect… Met 4 man kunnen hem zover afduwen dat hij zonder verdere schade te maken weg kan varen. Dan is de buurman aan de beurt: ook dat gaat met veel motorgeweld, bijna fout, maar uiteindelijk is die toch ook zonder brokken vertrokken. Piet kan in het gaatje. Dan gaat Hanneke de achterkajuit schoonmaken. Alles moet eruit, met water en zeep, stofzuigen, matten kloppen, poetsen en zeemen…. Tegen één uur is het klaar en zitten we uit te rusten (van onvermoeibaar toejuichen raak je ook bekaf!). Dan komt Piet vragen of een van ons mee wil om boodschappen te doen…. Nou Hanneke natuurlijk best wel! En zo heb ik dan de rest van de middag vrij, zeg maar. ’s Avonds eten we dus pasta. We lopen gevieren naar de waterdoorlaat (van/naar de zee). Daar zien we aardig wat zeehonden die hier hun Luilekkerland hebben gevonden: bij instromend water hoeven ze alleen maar hun bek open te sperren en de lekkerbekjes zwemmen zo het keelgat in! Geen wonder ook dat er een paar zijn met overgewicht. Toni en Chih Ling komen op de boot en Chih Ling en ik spelen wat ouwe zooi en proberen ‘Crazy little ting, called love ‘ van Queen te spelen. Echt soepel gaat het nog niet. Tony voelt zich niet lekker en gaat wat eerder naar bed en tegen twaalven storten wij ook in bed. Intussen is het stevig gaan waaien en we liggen behoorlijk te hobbelen aan lagerwal.
5. Verlossing van verstopping
2018 – Hollandse gezapigheid
Inleiding bij logboek 2018
Na onze ‘wereldreis’ zijn we in september 2017 in Nederland aangekomen. Na enig lijflijk onderhoud aan de schipper was het schip, de Marlijn, echt wel aan de beurt. Ooit eerder had ik me nogal verbaasd dat onze vriend Gerrit zo weinig deed aan onderhoud van hun boot toen zij op de Middellandse zee rond voeren. Inmiddels weet ik beter: het leven dáár vergt zoveel van een mens, dat het eigenlijk wel een wonder mag heten dat die lui daar überhaupt nog iets uitvoeren! Zo ook verging het ons / mij…. Maar eenmaal terug in Leiden moest ik er toch echt tegenaan. Uiteindelijk kon ik – naar mijn gevoel tenminste – pas ‘echt aan de slag toen de masten er weer op gezet waren door Hans Jansen, de tuiger. Helaas begon het toen ook weer zo ontzettend te jeuken om te varen, dat we luttele dagen later vertrokken naar de Grevelingen, alwaar onze vrienden Tony en Chih Ling met de Pescador al twee weken eerder waren gearriveerd. Dit – en het kan niet genoeg benadrukt worden – geheel tegen de wens, het dringend advies, het bevel haast, van de schippersvrouw in… (De afgelopen jaren had zij – volgens haar zeggen – zó gesmacht naar een zomer in eigen tuin, dat ik al was begonnen met het ronselen van een alternatieve bemanning….) Toch, achteraf bezien had zij wel een puntje…. Het gevolg is dat de schipper nu – terwijl iedereen lustig van het leven geniet – de schipper, die heeft allerlei klussen, achterstallig onderhoud, nieuwe probleempjes, enzovoorts. Dat weerhoudt de schipper er niet van om zeer geregeld een rookpauze te houden, een biertje in te nemen of zelfs, samen met vrienden een autotochtje te maken naar feesten in de omgeving, of, prozaïscher, mee te moeten winkelen. Op die manier gaan de klussen wel wat minder snel, maar blijft de schippersvrouw enigszins tevreden.
Hierna dus een eerste verslag van de eerste paar weken op de Grevelingen. De late verschijning van dit logboek werd veroorzaakt doordat de internetverbinding met een nieuw apparaat meer vragen opriep dan de schipper aanvankelijk wist te beantwoorden. Opgemerkt kan worden dat ook de inhoud wat anders van karakter is: geen avontuurlijke gebeurtenissen meer, maar het leven van alledag van een alledaags stel, enigszins op leeftijd en aldus een beetje versleten.
Eind mei 2018
Vrijdagochtend vertrekken we op de vouwfietsjes van huis. Om 10.05 uur gooien we los en varen langzaam langs de jachthavens naar het Joppe. Dan gaat het gas erop: naar de Ringvaart, de Heymanswetering en de Oude Rijn. Vlak voor Alphen moeten we even wachten. Dan, stapvoets, door Alphen naar de Gouwe. De spoorbruggen lijken voorlopig dicht, maar dan komt een vrachtschip van de andere kant. Ook wij mogen door mits we binnen een minuut gepasseerd zijn. Volgas! En het lukt. De hefbruggen duren allemaal eventjes en dan zijn we toch tegen drie uur in Gouda. We maken ons klaar om daar een paar uur te wachten, maar dan wordt ook hier de brug geopend voor een vrachtschip van de andere kant. Maar wij mogen ook door! Hanneke wil eigenlijk stoppen, maar na de sluis wil ik eigenlijk nog wel even door. Dus jakkeren we met stroom mee de Hollandse IJssel af en om zes uur kunnen we door de sluis bij Krimpen aan de IJssel. Dan gaan we nog even door naar Krimpen aan de Lek. Dat blijkt om 19.30 uur een piepklein haventje met erg gezellige mensen. We kunnen alleen met grote moeite de box in, maar het lukt.
Zaterdagochtend ben ik om 06.30 uur op. Een half uur later zijn we onderweg naar Dordrecht. Daar schijnen “havendagen” te zijn, dus verwacht ik veel drukte. Maar eerst moeten we bij Alblasserdam 2 uur wachten voordat de brug draait. Dan door naar Dordrecht. De drukte daar valt mee en de bruggen draaien bijna meteen. We kunnen achter een zeeschip meteen door. Op de Dordse Kil hebben we flink wat stroom tegen en er is behoorlijk wat beroepsvaart. Toch zijn we tegen twee uur bij het Hollands diep. In het zonnetje varen we naar de Volkeraksluizen. Die gaan open bij aankomst, dus we kunnen meteen door. Hanneke sputtert wel tegen, maar toch. Net bij het invoeren van de sluis zien we een bekende boot liggen: de Adamas, van Piet Sap. Piet hebben we voor het laatst gezien in Cartagena in zuid Spanje. Hij bleef destijds een tijdje op het Mar Menor, terwijl wij doorgingen, uiteindelijk naar Italië en Griekenland. (Hoewel we roepen en hem via de marifoon proberen te bereiken reageert hij niet.) Ook het Volkerak gaat gezwind en de Krammersluizen en die van Bruinisse zijn snel gepasseerd. In Bruinisse kunnen we bij de gemeentelijk jachthaven een jaarkaart voor de Grevelingen kopen. Ik stuur een berichtje aan Tony en Chih Ling dat we eraan komen. Ze antwoorden direkt: Ja gezellig! Ze liggen op de Kabbelaarsbank. Het bier staat klaar! Als Hanneke weer op de boot is gooi ik dus meteen los. Dan blijkt dat Hanneke zich erop verheugd had dat we nu eindelijk wat korter zouden varen, terwijl ik dacht dat we nu het laatste stukje ook ‘even’zouden doen. Hanneke is echt boos! Ik roep dat het “maar een uurtje” duurt. In feite blijkt dat dan toch iets langer. Intussen is Hanneke wel iets afgekoeld en de ontmoeting is warm en gezellig! Het wordt dus ook tamelijk laat….
Zondag is een beetje saaie dag. Hanneke loopt naar Port Zeelande, een wandeling van een uurtje heen en dito terug. Het is best een lekkere dag, maar ’s avonds komt er koude mist opzetten. We zien een eindje verderop de Santé liggen, maar weten niet of het schip verkocht is of niet. Chih Ling wil de volgende ochtend naar de Middelplaat omdat hun zoon vanuit Venray hen komt ophalen. De daarop volgende dag komen zij dan met hun eigen auto terug naar Zeeland. Het blijft opnieuw de hele dag lekker zonnig met oostenwind. Ook komt de Santé nu naar de steigers aan de Middelplaat. Ik help hem aanleggen en het blijkt inderdaad Ton, de ex van Sjaan, te zijn. Hij weet nog wel vagelijk wie wij zijn. In het weekend gaat hij naar huis, want hij heeft twee kippen. “Dan heb ik een beetje aanspraak, hè” zegt hij.
Dinsdag is opnieuw een lekkere dag. De Middelplaat is redelijk rustig, maar we horen wel voortdurend het verkeer over de Brouwersdam. Tony en Chih Ling komen terug en hebben ook voor ons boodschappen meegebracht.
Woensdag gaan we naar de markt in Renesse. Het is één en al toerisme, maar de markt is wel aardig. Terug gaan we via de jachthavenwinkel in Scharendijke. Thuis ontdek ik dat mijn vest nog in de winkel ligt.
Donderdag is het heel ander weer: het begint nog aardig, maar ’s middags wordt het somber en grijs, met later onweer en regen. We hebben ‘preventief’ de wintertent opgezet, zodat wij overwegend droog blijven. Het meest barre weer trekt aan ons voorbij, maar we horen en lezen dat het elders bar en boos is.
Ook vrijdag is het tamelijk slecht en dan onweert en hoost het zelfs bij ons een poosje. Vanwege de 3-dagenregeling verkassen we weer naar de Kabbelaarsbank. Het blijft miezerig en het wordt heel mistig: minder dan 50 meter zicht! We trekken ons terug in de boot en doen een spelletje Rummycup. Ik ga nipt de ballenbak in doordat Hanneke alle azen heeft. Wat een waardeloos spelletje….
Week 2 – Zaterdag gaan we met de auto met z’n vieren naar Middelharnis. Er zijn daar ‘havendagen’ en iedereen – behalve ik – wil daar naartoe. Ik vind Middelharnis onherkenbaar, maar het is ook zo’n 30 jaar geleden dat wij daar gelegen hebben. Bij de fanfare en het zeemanskoor hebben we het even over Piet Sap, die immers drummer en dirigent is. Dan zie ik opeens Piet met een dame staan! Dat blijkt zijn vriendin te zijn, met wie hij woont in Stad aan het Haringvliet. Het wordt opnieuw een ontzettend gezellig weerzien! (Ons laatste contact was 5 jaar geleden!) Piet nodigt ons uit voor een bakkie koffie op een terrasje. Hij blijkt vorig jaar een onverwachte en ingrijpende open hart operatie te hebben ondergaan. Daarna gaan we langzaamaan terug naar de boot. Achteraf wordt de anekdote verteld dat Piet ooit Tony en Chih Ling uitnodigde voor een kopje koffie. Ze zeiden graag en even later stopt Piet bij een Ikea, waar de koffie gratis is. (Sindsdien heeft Piet de naam nogal zuinig te zijn….)
Zondag ziet het er ’s ochtends onverwacht best aardig uit. We besluiten om te gaan zeilen en vanmiddag aan te leggen aan de Ossenhoek. Het is wel zonnig, maar er staat niet meer dan windkracht 2 of 3. Bij het wegvaren haakt ons anker achter een meerpaal. Afgezien van een gebroken lijntje is er gelukkig geen schade. Wel heel weinig wind en dan is een rondje om de Veermansplaat blijkbaar een heel eind, helemaal met een snelheid van 1 tot 3 knopen…. Pas tegen het eind van de middag komen we boven de 4 knopen voortgang, maar dan zijn we ook weer bij de Ossenhoek. We leggen aan, maar ’s avonds wordt het killer en killer en begint het stevig te misten. We zien de flarden wolken langs de haven trekken, maar het blijft in het haventje lang redelijk helder. Hanneke wil graag een spelletje doen: Rummycup. Ik ga twee keer het schip in, net voordat ik zelf uit kan. Wat een waardeloos spelletje….
Maandag begint heel mistig en koud. Ik doe wat klusjes en tegen één uur klaart het langzaam op en wordt het zelfs aangenaam. Vrienden van Tony en Chih Ling uit Scharrendijke komen langs op de Ossenhoek, Roel en Gerda. Roel is een Kagenaar van geboorte maar spreekt als een heuse Hagenaar. Een heel gezellig stel, en ze vertrekken dan ook uuuuren later. Als Hanneke om half tien in bed wil gaan lezen slaapt ze binnen vijf minuten als een roos. Ik volg een uurtje later, wat uitermate vroeg is voor mijn doen, maar zonder nadelige gevolgen (wakker liggen, tandenknarsen, scheten laten, of zoiets: ik heb er niets van gemerkt.
Dinsdag begint opnieuw grijs, kil en winderig. Het is nog steeds NO-wind. Tegen half twee breekt een zonnetje door, eerst aarzelend, maar al vrij snel echt. Het is zelfs warm in de zon, als je maar uit de wind blijft! Ook die gaat een beetje liggen. Ik doe wat klusjes, zoals een nieuw lijntje aan het anker, schoonmaken, schuren van een kuipbankje en later in de teakolie zetten. De boot ziet er van binnen weer redelijk acceptabel uit en van buiten een beetje. Er is nog een heleboel werk aan de winkel, vooral schoon maken en poetsen! Tegen vieren komen Roel en Gerda borrelen op de Pescador, naast ons. Wij worden ook uitgenodigd en het wordt weer een gezellige boel, met gitaren en zelfs wat samenzang…. Pas tegen acht uur wordt de sessie afgesloten want iedereen moet nog koken en eten. Roel staat met z’n 82 jaar niet meer zo stevig dus we moeten opletten dat hij heelhuids van de boot en de steiger komt. Daarna maak ik macaroni met tomatensaus met hamblokjes, uien, paprika’s en courgette, terwijl Han een Griekse salade fabriekt. Intussen is het wel weer stervenskoud terwijl ook de wind weer aantrekt. We besluiten dus binnen verder te gaan. De vooruitzichten voor morgen zijn wel heel goed, dus daar hopen we dan maar op.
De donderdagochtend begint stralend zonnig, maar niet voor lang. We varen om 10 uur naar Port Zelande om brood te halen. Hanneke blijft een kwartiertje weg en in die periode betrekt het vanuit het zuiden. Als ze terug komt blijkt dat er in deze ‘supermarkt’ ook niet veel meer te koop was dan vers brood: ze gaan over op een andere winkelketen, de Spar, en er was nog maar weinig verkoopbare waar. We varen naar de Stampersplaat waar deze keer vrijwel alleen grotere zeilboten liggen. We meren aan, precies de verkeerde kant op (met wind mee), bedenken we iets later. Meteen begint het te druppelen. Dus maar snel de wintertent erop, want de komende dagen ziet het er hier weer treurig uit. Vanmiddag zware buien, onweer en hagel, morgen zware buien en koude, overmorgen ook zoiets… Een echte vakantie in eigen land. Gelukkig zitten wij droog. Toch wordt het een uurtje later weer aardig: met een zonnetje erbij wordt het zelfs warm! We besluiten de boot maar eens écht grondig schoon te maken. Ruim twee uur later zijn we een eind op weg en het dus ook helemaal zat. Het betrekt weer een beetje en we besluiten dat het tijd is voor een wijntje / biertje. (Morgen is er immers weer een dag.) Het is opmerkelijk stil hier: afgezien van onbeperkt vogelgetierelier horen we nauwelijks iets. De andere buren zijn overwegend oud en der dagen zat, wars van enig vertier. Gelukkig is er een grijze man van een jaar of vijftig die een beetje leven in de brouwerij komt brengen. Hij loopt met een verrekijker rond, in zichzelf mompelend (Bij de Marlijn horen we hem zeggen “Dit is wel een stevige….). Hij blijkt de masttoppen met z’n kijker te bestuderen. Bij onze achterburen krijgt hij de kans een praatje aan te knopen. Wat wij zo opvangen is een volslagen wartaal-verhaal. Hij weet wel de juiste termen, maar haspelt allerlei dingen door elkaar en heeft vreemde theorieën over zeilen en zeilvoering. De buren komen niet eenvoudig van deze man af, daar krijgen ze geen kans voor, want hij blijft maar doorreutelen. En zij gaan er dan toch af en toe op in… Nou ja, uren later…. Intussen nemen wij een nachtegaal (vermoedelijk) waar, vermaken we ons met een heel brutaal hondje dat zo bij onze buren voor aan boord springt om vriendje te worden met de veel grotere hond op die boot, en dat soort dingen. Uiteindelijk taait de man toch zelfstandig af…… En dan wordt het weer stil in dit havenkommetje. We komen dus helemaal tot rust…… Morgen, vrijdag, begint de happening van de Hallberg-rasse club met een borrel en eten, gevolgd op zaterdag door een rondje Grevelingen. Helaas blijkt dat ik ons niet meer kan opgeven: de intekening is al een week geleden gesloten. Overigens zie ik ook dat wij de leden zijn met het alleroudste bootje, uit 1975. Nou ja, dan hoeven wij daar ook niet persé naar toe, zegt Hanneke.
We maken een avondwandelingetje en ontdekken dat het eiland veel begroeider is geworden dan voorheen. De strandjes waar Jelle en Lieke ooit zochten naar de allerkleinste hoorntjes en schelpjes (“Die grote kan iedereen vinden, maar die kleintjes, dát is pas echt moeilijk!” sprak pa ooit huichelachtig) zijn verdwenen. Het zand is weggespoeld, er liggen alleen keien. Duinen zijn overwoekerd door heftige braambossen, er zijn nog nauwelijks paardensporen en struikgewas is uitgegroeid tot volwassen bomen. Het eiland is veel meer ‘natuur’ geworden, maar ook beduidend minder toegankelijk, zeker voor kleinere kinderen.
Vrijdag begint om 7 uur – geheel volgens voorspelling – nat en zeikerig. Toch wordt het langzaamaan droog. Om 9 uur komt het leven hier op gang. Er verschijnen wat pony’s. Om 11 breekt het zonnetje een beetje door. Onze havendwaas vaart rondje in z’n rubberbootje, luid zingend, en roept dat zijn motortje uit 1972 stamt en dat z’n bootje halfvol water staat doordat het lek is. Geen wonder dus, dat dat kleine k..-hondje de hele tijd blaft: die heeft nog geen zin om samen ten onder te gaan. Aan de overkant heeft een onsympathieke Duitse boot al twee uur z’n motor staan draaien om de accu’s weer fit te krijgen voor een avondje tv…. Ik ben begonnen aan één of ander klusje. Om een uur of half drie vind ik het wel welletjes. Pijn in mijn rug en mijn werkspier belemmeren mij ernstig in mijn beweging, dus ik stop ermee. Hanneke heeft in navolging ook weer een bezem ter hand genomen en maakt het dek verder schoon. Zij volgt al ras mijn lichtend voorbeeld en gaat opnieuw een puzzeltje doen. Intussen stroomt het haventje vol met allerlei weekend-gangers, de meeste van rond het Hollands Diep. Er volgen allerlei interessante gesprekken tussen de nieuwkomers, vaak over die lui die naar de Middellandse Zee gaan, waar het allemaal niks kost. Leerzaam hoor, want waar wij geweest zijn was het leven wel iets goedkoper, maar ook weer niet gratis… En dan komt er een bootje dat er niet meer bij past langs de kant. En omdat onze stoorwillen zo uitnodigend klaar hangen… Tja, wel aardige mensen, maar veel contact hebben we niet want zij gaan andersom liggen.
week 3 – Zaterdagochtend ben ik heel vroeg wakker na een sprookjes-achtige droom. Tegen tien uur vertrekken wij, en onze buren dus ook. We varen naar Bruinisse. Het weer is wat aardiger dan voorspeld. Vlak voor Bruinisse komt de hele Hallberg Rassy club naar buiten. Een honderd, vooral grote en dure boten. De Marlijn is dus de alleroudste boot van dit gezelschap….. We gaan de haven in om wat boodschappen te doen. De supermarkt is piepklein en heeft bijna niets. De watersportwinkel is peperduur en heeft wel heel veel tegen heel veel geld. We vertrekken weer. Intussen is het best zonnig en het waait stevig vanuit het NNO , dus schuin tegen. De Stampersplaat is vol, de Ossenhoek ook, dus door naar de Middelplaat (hoewel Hanneke Bommenede nog wel ziet zitten). Het wordt ook kouder, de wind harder, maar we zetten door en vinden een gaatje op de Middelplaat. Chih Ling helpt ons aanleggen. Zij gaan boodschappen doen en Hanneke kan mee. Ik ga een klusje doen aan de boegspriet. En dan komt er een grote zeilboot vragen of ze bij ons langszij mogen. Tsja, dat krijg je met de stoorwillen zo uitnodigend klaar hangen…. Als Tony en Chih Ling terug komen gaan we gezellig borrelen op de Marlijn. En aldus schiet het eten er bij in, na al die hapjes en drankjes.
Zondagochtend begint grauw, maar al vrij snel ontstaan gaten in het grijs. Ik zet een bankje in de teakolie. Onze hoogbejaarde en eenkennige achterbuurman, wonend op een afgetakeld barrel van een vrachtscheepje, krijgt een aanval van nostalgie over betere tijden. Hij zet een langspeelplaat met café-muziek op: “Ouwe juffrouw Jansen, die houdt van dansen….” en veel nederlandstalige dukbox-treurnis. Dat gaat een uurtje door, maar de buurman heeft een fijn zintuig: het binnendsmond gemopper bij de buren brengt hem tot zwijgen. Tony en Chih Ling verkassen plotseling van hun plek in de wind, een heel eind verderop, naar een plekje naast ons aan de binnenkant van de steiger. Zus Henny en dochter Joice, alsmede een broer van Chih Ling, Lowry en een zwager Willem komen bij hun buurten. Na wat zoeken vind ik intussen de goede maat splitpennen en zet daarmee beide spanners van de boegspriet weer vast. Ook maak ik een kikkertje aan de mast voor een vlaggenlijntje. In de wind is het onaangenaam koud, in het zonnetje daarentegen, iets te warm. Tegen één uur maken onze buren voorzichtige voorbereidingen om naar Herkingen terug te zeilen. Dan hebben wij ook weer wat uitzicht. Op het moment dat zij wegvaren komt Piet Sap met z’n vriendin op de Adamante aanvaren. Hun auto stond hier al geparkeerd, dus het is niet echt onverwacht. De familie Tseng vermaakt zich, vooral als broer Lowry zegt dat hij de mast wel in durft om het windmetertje op gang te helpen, maar niet verder komt dan de zalingen (6 meter, dus nog niet halverwege). Intussen krijgt Hanneke een aanval van poetslust. Dus zitten we de kuip schoon te maken en te poetsen, en met resultaat! Over vijven vertrekt de familie Tseng weer en wordt het rustig. De bemanning van de Pescador hangt uitgeput in de railing. Ik maak ‘penne’ met pastasaus met ballen, en wel zoveel dat we er drie dagen van kunnen eten. Morgen weer eens een dagje Ossenhoek? ’s Avonds spelen we nog wat liedjes. Ook blijkt Chih Ling nog een nieuwe gasfles te willen halen, water te willen tanken en te verkassen naar de Ossenhoek. Nou, dat komt ons wel heel goed uit: onze brandbare waar (gas en shag) loopt op z’n eindje. Dus we willen graag mee!
Maandagochtend ziet het weer er on 7 uur al best goed uit. Helaas blijkt ons gas op, dus de koffie moet nog even wachten. Tegen half negen duikt Chih Ling op. We kunnen een gastankje van hem lenen. Het komt dus goed uit dat we gas gaan halen: een grote en drie kleine tankje voor ons, één grote voor hem, en …. shag (er zat een angstwekkend gat in de voorraad…). Dat blijkt nog een prijzig geintje! We zijn voor de hele zooi gas bijna € 180 kwijt! Als we terug zijn gooien we los om water te tanken. Daarna naar de Ossenhoek. Daar is het uit de wind warm, echt warm! Wij gaan verder met poetsen; Chih Ling gaat rommelen met z’n bijboot. Op een gegeven moment zie ik – een eind verderop – een Aalscholver in gevecht met een grote paling. Het duurt misschien wel een kwartier, want de paling werkt niet mee! Hij wil persé niet met z’n kop naar binnen. Tsja, en als je hem dan in het midden beet hebt als Aalscholver…. Hanneke maakt de hele kuip brandschoon en weer glimmend. Daarbij steekt mijn strookje gecleande teak maar povertjes af. Maar ja, de cleaner was op…. Als beloning zorg ik voor een douchebeurt voor madame. We eten weer penne met saus. Het blijft prachtig weer, hoewel winderig. Wij liggen in de luwte, dus hebben daar weinig last van. Ton komt met de Santé vlak bij liggen. Tegen de avondschemering wordt het sociale leven hier heel stil, zeg maar nul. Nou ja, dat is ook wel weer rustig, behalve de deining die op een vreemde manier hier de ligplaats binnen komt, haaks op de wind.
Dinsdag 12 juni is het grauw bewolkt. De binnenkomende golven maken onze ligplaats een beetje onrustig, terwijl er toch weinig wind staat. Als er plek komt aan het andere eind van het haventje verkassen we daarheen. Daar liggen we heel rustig en vrijwel helemaal uit de wind. Een prima plekje bij alle windrichtingen en -sterktes! Nu nog wat zon…. Die komt magertjes, tegen het eind van de middag. ’s Avonds spelen we wat en Tony en Chih Ling halen wat oude koeien uit de sloot.
Woensdag begint schitterend, voor even. Dan, na twaalven is het weer lekker zonnig en dat blijft de rest van de middag. Ik voltooid het stromend water, maar de elektrische aansluiting is niet naar m’n zin. Morgen opnieuw kijken. Hanneke schrobt de algen van het dek. Het wordt steeds mooier hier! Woensdagavond laat (het is al donker) horen we opeens allemaal boten vertrekken, na elkaar. Blijkbaar hebben ze alsnog besloten dat de voorspelde windrichting en -kracht 7 teveel voor hun gemoed is. Een Duits bootje komt na een uurtje toch weer terug, met veel misbaar.
Donderdag is een winderige en – af en toe – druilerige dag. Ik zet ons tafeltje in de teakolie. Dat is een hele verbetering. Hoewel gewaarschuwd was voor windkracht 7 tegen het eind van de dag, is het dan juist droog en ook de wind wordt behoorlijk rustig.
Vrijdag begint heel zonnig. Dan trekt er een wolkenveld over en lijkt de pret over. Chih Ling komt om half tien zeggen dat ze naar de Middelplaat gaan. Nou, wij ook dus. Al halverwege zien we dat de Brouwersdam helemaal in het zonnetje ligt. Wij passen precies op een plek aan de steiger. De Pescador gaat een klein eindje verderop aan dezelfde steiger liggen, maar aan de binnenkant. Zij blijken bijna alle bootjes en opvarenden hier te kennen. Onze buren, Willem (loopt rond alsof hij slaapwandelt) en Artje (zoveel lol in sex dat zij er voortdurend vunzige grappen maakt), Mart (klein mannetje met witte baard en snor met opgekrulde punten) en Ien. Een behoorlijk luidruchtig stel bejaarden met bootjes, maar wel gemoedelijk. Langs de waterkant scharrelt hier af en toe een Lepelaar. En vanochtend vloog hij over: een soort zwaan met een lang bek met een lepel aan de voorkant. Vroeger kwamen die bijna niet meer voor in Nederland, maar tegenwoordig schijnen ze weer redelijk vaak voor te komen. We gaan om 11 uur met de auto boodschappen doen: eerst naar Renesse, dan naar Burgh-Haamstede en dan via Scharrendijke weer terug. ’s Avonds barbecuen we op de Pescador. Lekker maar teveel. Tegen negenen begint het behoorlijk te misten, maar een uur later trekt die weer weg.
Week 4 – Zaterdag 16 juni begint vrij zonnig, maar dat duurt niet lang. Tony en Hanneke willen naar een marktje in Goedereede. We parkeren bij een oude molen, die we dan ook meteen bekijken. Opmerkelijk hoe geruisloos dat ding staat te draaien! Daarna gaan we naar het marktje, vlak voorbij de kerk. Het is er één met mensen in klederdracht en oude ambachten, aan de ene kant heel primitief, maar ook wel leuk: een barbier, een mandenvlechter, een wasvrouwtje, visrokerijen en allerlei kramen. Zo te zien doet heel het dorp mee. Twee mannen maken muziek, oud-Hollandse liedjes. Ze komen uit Leiden en herkennen Hanneke meteen en zij ‘mag mee’ in hun speciale act: in het midden tussen hen in in een opblaaskano zonder bodem, terwijl zij spelen ‘Ik heb je ooit een keer gezien, …. daar bij de waterkant….’ Ook heel grappig is een kraam met een Goereesche Fruitautomaat: drie mannetjes zitten met een juten zak voor zich. Je ‘koopt voor twee kwartjes drie plastic fruit-dingetjes. Dan mag je twee keer zwengelen aan de arm van een vierde man, de drie maken een sirene-achtig geluid en graaien in de juten zak een eigen fruitje. Als de gezamenlijk fruitjes van de mannen overeen komen met de drie in je hand heb je gewonnen…. Hanneke probeert het twee keer: mis! Dus wil ze nog twee kwartjes….. Weer mis! (Zo komt een gokverslaving dus in de wereld!) Dan komen we een Koos en Nelleke tegen (vrienden van Chih Ling) en genieten we gezamenlijk een koffie met zelfgebakken appeltaart. Als we willen afrekenen beweert de eigenaar dat het al betaald is door een dame. Pas na een hele tijd blijkt dat hij zich vergist heeft en dan moeten we alsnog betalen. Al met al is het wel een gezellig gebeuren. Terug op de boot vraagt een Indische meneer (Harry) een beetje bescheten of zijn vrouw, Lize, misschien ook mag meespelen met de gitaristen. Natuurlijk! Een paar uur later is het zover: we gaan op de kant bij een picknick-tafel spelen. Ze speelt goed en zingt prima (wel erg hoog) maar zo bescheiden dat het voor ons heel moeilijk te volgen is. Dat gaat dan wel moeizaam. Intussen gaat het steeds harder waaien en al haar muziekbladen waaien over de kade. Het toegestroomde publiek – veel oude besjes en hun mannetjes – vinden het een tegenvaller, net als wij….. En zo loopt het dus af, uit als nachtkaars… Wanneer we de gitaren naar de boten brengen, kiest de dikke map met alle liedjes van Chih Ling onverwacht en geheel zelfstandig het ruime sop… Gelukkig slagen we erin de drenkeling tijdig weer aan de wal te krijgen. (Hopelijk blijven z’n teksten leesbaar!) Op de boot, met alle tegenwindse flappen dicht, is het nog zo goed uit te houden dat we hoofdzakelijk vloeibaar eten…. En dan dus maar vroeg naar bed.
Hollandse gezapigheid
Inleiding bij logboek 2018
Na onze ‘wereldreis zijn we in september 2017 in Nederland aangekomen. Na enig lijflijk onderhoud aan de schipper was het schip, de Marlijn, echt wel aan de beurt. Ooit eerder had ik me nogal verbaasd dat onze vriend Gerrit zo weinig deed aan onderhoud van hun boot toen zij op de Middellandse zee rond voeren. Inmiddels weet ik beter: het leven dáár vergt zoveel van een mens, dat het eigenlijk wel een wonder mag heten dat die lui daar überhaupt nog iets uitvoeren! Zo ook verging het ons / mij…. Maar eenmaal terug in Leiden moest ik er toch echt tegenaan. Uiteindelijk kon ik – naar mijn gevoel tenminste – pas ‘echt aan de slag toen de masten er weer op gezet waren door Hans Jansen, de tuiger. Helaas begon het toen ook weer zo ontzettend te jeuken om te varen, dat we luttele dagen later vertrokken naar de Grevelingen, alwaar onze vrienden Tony en Chih Ling met de Pescador al twee weken eerder waren gearriveerd. Dit – en het kan niet genoeg benadrukt worden – geheel tegen de wens, het dringend advies, het bevel haast, van de schippersvrouw in… (De afgelopen jaren had zij – volgens haar zeggen – zó gesmacht naar een zomer in eigen tuin, dat ik al was begonnen met het ronselen van een alternatieve bemanning….) Toch, achteraf bezien had zij wel een puntje…. Het gevolg is dat de schipper nu – terwijl iedereen lustig van het leven geniet – de schipper, die heeft allerlei klussen, achterstallig onderhoud, nieuwe probleempjes, enzovoorts. Dat weerhoudt de schipper er niet van om zeer geregeld een rookpauze te houden, een biertje in te nemen of zelfs, samen met vrienden een autotochtje te maken naar feesten in de omgeving, of, prozaïscher, mee te moeten winkelen. Op die manier gaan de klussen wel wat minder snel, maar blijft de schippersvrouw enigszins tevreden.
Hierna dus een eerste verslag van de eerste paar weken op de Grevelingen. De late verschijning van dit logboek werd veroorzaakt doordat de internetverbinding met een nieuw apparaat meer vragen opriep dan de schipper aanvankelijk wist te beantwoorden. Opgemerkt kan worden dat ook de inhoud wat anders van karakter is: geen avontuurlijke gebeurtenissen meer, maar het leven van alledag van een alledaags stel, enigszins op leeftijd en aldus een beetje versleten.
Eind mei 2018
Vrijdagochtend vertrekken we op de vouwfietsjes van huis. Om 10.05 uur gooien we los en varen langzaam langs de jachthavens naar het Joppe. Dan gaat het gas erop: naar de Ringvaart, de Heymanswetering en de Oude Rijn. Vlak voor Alphen moeten we even wachten. Dan, stapvoets, door Alphen naar de Gouwe. De spoorbruggen lijken voorlopig dicht, maar dan komt een vrachtschip van de andere kant. Ook wij mogen door mits we binnen een minuut gepasseerd zijn. Volgas! En het lukt. De hefbruggen duren allemaal eventjes en dan zijn we toch tegen drie uur in Gouda. We maken ons klaar om daar een paar uur te wachten, maar dan wordt ook hier de brug geopend voor een vrachtschip van de andere kant. Maar wij mogen ook door! Hanneke wil eigenlijk stoppen, maar na de sluis wil ik eigenlijk nog wel even door. Dus jakkeren we met stroom mee de Hollandse IJssel af en om zes uur kunnen we door de sluis bij Krimpen aan de IJssel. Dan gaan we nog even door naar Krimpen aan de Lek. Dat blijkt om 19.30 uur een piepklein haventje met erg gezellige mensen. We kunnen alleen met grote moeite de box in, maar het lukt.
Zaterdagochtend ben ik om 06.30 uur op. Een half uur later zijn we onderweg naar Dordrecht. Daar schijnen “havendagen” te zijn, dus verwacht ik veel drukte. Maar eerst moeten we bij Alblasserdam 2 uur wachten voordat de brug draait. Dan door naar Dordrecht. De drukte daar valt mee en de bruggen draaien bijna meteen. We kunnen achter een zeeschip meteen door. Op de Dordse Kil hebben we flink wat stroom tegen en er is behoorlijk wat beroepsvaart. Toch zijn we tegen twee uur bij het Hollands diep. In het zonnetje varen we naar de Volkeraksluizen. Die gaan open bij aankomst, dus we kunnen meteen door. Hanneke sputtert wel tegen, maar toch. Net bij het invoeren van de sluis zien we een bekende boot liggen: de Adamas, van Piet Sap. Piet hebben we voor het laatst gezien in Cartagena in zuid Spanje. Hij bleef destijds een tijdje op het Mar Menor, terwijl wij doorgingen, uiteindelijk naar Italië en Griekenland. (Hoewel we roepen en hem via de marifoon proberen te bereiken reageert hij niet.) Ook het Volkerak gaat gezwind en de Krammersluizen en die van Bruinisse zijn snel gepasseerd. In Bruinisse kunnen we bij de gemeentelijk jachthaven een jaarkaart voor de Grevelingen kopen. Ik stuur een berichtje aan Tony en Chih Ling dat we eraan komen. Ze antwoorden direkt: Ja gezellig! Ze liggen op de Kabbelaarsbank. Het bier staat klaar! Als Hanneke weer op de boot is gooi ik dus meteen los. Dan blijkt dat Hanneke zich erop verheugd had dat we nu eindelijk wat korter zouden varen, terwijl ik dacht dat we nu het laatste stukje ook ‘even’zouden doen. Hanneke is echt boos! Ik roep dat het “maar een uurtje” duurt. In feite blijkt dat dan toch iets langer. Intussen is Hanneke wel iets afgekoeld en de ontmoeting is warm en gezellig! Het wordt dus ook tamelijk laat….
Zondag is een beetje saaie dag. Hanneke loopt naar Port Zeelande, een wandeling van een uurtje heen en dito terug. Het is best een lekkere dag, maar ’s avonds komt er koude mist opzetten. We zien een eindje verderop de Santé liggen, maar weten niet of het schip verkocht is of niet. Chih Ling wil de volgende ochtend naar de Middelplaat omdat hun zoon vanuit Venray hen komt ophalen. De daarop volgende dag komen zij dan met hun eigen auto terug naar Zeeland. Het blijft opnieuw de hele dag lekker zonnig met oostenwind. Ook komt de Santé nu naar de steigers aan de Middelplaat. Ik help hem aanleggen en het blijkt inderdaad Ton, de ex van Sjaan, te zijn. Hij weet nog wel vagelijk wie wij zijn. In het weekend gaat hij naar huis, want hij heeft twee kippen. “Dan heb ik een beetje aanspraak, hè” zegt hij. Ton is aanmerkelijk spraakzame dan ik me hem herinner. Hij vertelt dat Sjaan ziek is geweest, maar dat het nu wel weer goed met haar gaat. Ook vertelt hij dat hij de Grevelingen het mooiste zoekgebied van de wereld vindt. Hij gaat nooit ergens anders heen met de Santé. Hij was een keer op Sicilië geweest, maar daar had het z’n hele vakantie nauwelijks gewaaid! Voor hem alleen maar de Grevelingen. (Zijn schip is een stalen Carena ketch in uitmunde conditie en op en top zeewaardig!)
We zien verschillende keren een zeehond, vlak bij de boot. Op het strandje bij de waterdoorlaat in de Brouwersdam zitten er verschillende. Een visser heeft het zelfs over een plaag…. Tsja, een hengelaar dus…. Later, als we zeilen, zien we er ook een, midden op het water. Intussen is op de Middelplaat iedereen nogal bezig met de twee verdwenen duikers. Van een afstand zien we de helikopter en verschillende bergingsvaartuigen. Één daarvan ligt ’s nachts vlak bij ons aan een kade. Vlak voor donker wordt de eerste man terug gevonden, de volgende dag ook de ander. Triest!
Donderdag is het heel ander weer: het begint nog aardig, maar ’s middags wordt het somber en grijs, met later onweer en regen. We hebben ‘preventief’ de wintertent opgezet, zodat wij overwegend droog blijven. Het meest barre weer trekt aan ons voorbij, maar we horen en lezen dat het elders bar en boos is.
Ook vrijdag is het tamelijk slecht en dan onweert en hoost het zelfs bij ons een poosje. Vanwege de 3-dagenregeling verkassen we weer naar de Kabbelaarsbank. Het blijft miezerig en het wordt heel mistig: minder dan 50 meter zicht! We trekken ons terug in de boot en doen een spelletje Rummycup. Ik ga nipt de ballenbak in doordat Hanneke alle azen heeft. Wat een waardeloos spelletje….
Week 2 – Zaterdag gaan we met de auto met z’n vieren naar Middelharnis. Er zijn daar ‘havendagen’ en iedereen – behalve ik – wil daar naartoe. Ik vind Middelharnis onherkenbaar, maar het is ook zo’n 30 jaar geleden dat wij daar gelegen hebben. Bij de fanfare en het zeemanskoor hebben we het even over Piet Sap, die immers drummer en dirigent is. Dan zie ik opeens Piet met een dame staan! Dat blijkt zijn vriendin te zijn, met wie hij woont in Stad aan het Haringvliet. Het wordt opnieuw een ontzettend gezellig weerzien! (Ons laatste contact was 5 jaar geleden!) Piet nodigt ons uit voor een bakkie koffie op een terrasje. Hij blijkt vorig jaar een onverwachte en ingrijpende open hart operatie te hebben ondergaan. Daarna gaan we langzaamaan terug naar de boot. Achteraf wordt de anekdote verteld dat Piet ooit Tony en Chih Ling uitnodigde voor een kopje koffie. Ze zeiden graag en even later stopt Piet bij een Ikea, waar de koffie gratis is. (Sindsdien heeft Piet de naam nogal zuinig te zijn….)
Zondag ziet het er ’s ochtends onverwacht best aardig uit. We besluiten om te gaan zeilen en vanmiddag aan te leggen aan de Ossenhoek. Het is wel zonnig, maar er staat niet meer dan windkracht 2 of 3. Bij het wegvaren haakt ons anker achter een meerpaal. Afgezien van een gebroken lijntje is er gelukkig geen schade. Wel heel weinig wind en dan is een rondje om de Veermansplaat blijkbaar een heel eind, helemaal met een snelheid van 1 tot 3 knopen…. Pas tegen het eind van de middag komen we boven de 4 knopen voortgang, maar dan zijn we ook weer bij de Ossenhoek. We leggen aan, maar ’s avonds wordt het killer en killer en begint het stevig te misten. We zien de flarden wolken langs de haven trekken, maar het blijft in het haventje lang redelijk helder. Hanneke wil graag een spelletje doen: Rummycup. Ik ga twee keer het schip in, net voordat ik zelf uit kan. Wat een waardeloos spelletje….
Maandag begint heel mistig en koud. Ik doe wat klusjes en tegen één uur klaart het langzaam op en wordt het zelfs aangenaam.
Vrienden van Tony en Chih Ling uit Scharrendijke komen langs op de Ossenhoek, Roel en Gerda. Roel is een Kagenaar van geboorte maar spreekt als een heuse Hagenaar. Een heel gezellig stel, en ze vertrekken dan ook uuuuren later. Als Hanneke om half tien in bed wil gaan lezen slaapt ze binnen vijf minuten als een roos. Ik volg een uurtje later, wat uitermate vroeg is voor mijn doen, maar zonder nadelige gevolgen (wakker liggen, tandenknarsen, scheten laten, of zoiets: ik heb er niets van gemerkt.
Dinsdag begint opnieuw grijs, kil en winderig. Het is nog steeds NO-wind. Tegen half twee breekt een zonnetje door, eerst aarzelend, maar al vrij snel echt. Het is zelfs warm in de zon, als je maar uit de wind blijft! Ook die gaat een beetje liggen. Ik doe wat klusjes, zoals een nieuw lijntje aan het anker, schoonmaken, schuren van een kuipbankje en later in de teakolie zetten. De boot ziet er van binnen weer redelijk acceptabel uit en van buiten een beetje. Er is nog een heleboel werk aan de winkel, vooral schoon maken en poetsen! Tegen vieren komen Roel en Gerda borrelen op de Pescador, naast ons. Wij worden ook uitgenodigd en het wordt weer een gezellige boel, met gitaren en zelfs wat samenzang…. Pas tegen acht uur wordt de sessie afgesloten want iedereen moet nog koken en eten. Roel staat met z’n 82 jaar niet meer zo stevig dus we moeten opletten dat hij heelhuids van de boot en de steiger komt. Daarna maak ik macaroni met tomatensaus met hamblokjes, uien, paprika’s en courgette, terwijl Han een Griekse salade fabriekt. Intussen is het wel weer stervenskoud terwijl ook de wind weer aantrekt. We besluiten dus binnen verder te gaan. De vooruitzichten voor morgen zijn wel heel goed, dus daar hopen we dan maar op.
De donderdagochtend begint stralend zonnig, maar niet voor lang. We varen om 10 uur naar Port Zelande om brood te halen. Hanneke blijft een kwartiertje weg en in die periode betrekt het vanuit het zuiden. Als ze terug komt blijkt dat er in deze ‘supermarkt’ ook niet veel meer te koop was dan vers brood: ze gaan over op een andere winkelketen, de Spar, en er was nog maar weinig verkoopbare waar. We varen naar de Stampersplaat waar deze keer vrijwel alleen grotere zeilboten liggen. We meren aan, precies de verkeerde kant op (met wind mee), bedenken we iets later. Meteen begint het te druppelen. Dus maar snel de wintertent erop, want de komende dagen ziet het er hier weer treurig uit. Vanmiddag zware buien, onweer en hagel, morgen zware buien en koude, overmorgen ook zoiets… Een echte vakantie in eigen land. Gelukkig zitten wij droog. Toch wordt het een uurtje later weer aardig: met een zonnetje erbij wordt het zelfs warm! We besluiten de boot maar eens écht grondig schoon te maken. Ruim twee uur later zijn we een eind op weg en het dus ook helemaal zat. Het betrekt weer een beetje en we besluiten dat het tijd is voor een wijntje / biertje. (Morgen is er immers weer een dag.) Het is opmerkelijk stil hier: afgezien van onbeperkt vogelgetierelier horen we nauwelijks iets. De andere buren zijn overwegend oud en der dagen zat, wars van enig vertier. Gelukkig is er een grijze man van een jaar of vijftig die een beetje leven in de brouwerij komt brengen. Hij loopt met een verrekijker rond, in zichzelf mompelend (Bij de Marlijn horen we hem zeggen “Dit is wel een stevige….). Hij blijkt de masttoppen met z’n kijker te bestuderen. Bij onze achterburen krijgt hij de kans een praatje aan te knopen. Wat wij zo opvangen is een volslagen wartaal-verhaal. Hij weet wel de juiste termen, maar haspelt allerlei dingen door elkaar en heeft vreemde theorieën over zeilen en zeilvoering. De buren komen niet eenvoudig van deze man af, daar krijgen ze geen kans voor, want hij blijft maar doorreutelen. En zij gaan er dan toch af en toe op in… Nou ja, uren later…. Intussen nemen wij een nachtegaal (vermoedelijk) waar, vermaken we ons met een heel brutaal hondje dat zo bij onze buren voor aan boord springt om vriendje te worden met de veel grotere hond op die boot, en dat soort dingen. Uiteindelijk taait de man toch zelfstandig af…… En dan wordt het weer stil in dit havenkommetje. We komen dus helemaal tot rust…… Morgen, vrijdag, begint de happening van de Hallberg-rasse club met een borrel en eten, gevolgd op zaterdag door een rondje Grevelingen. Helaas blijkt dat ik ons niet meer kan opgeven: de intekening is al een week geleden gesloten. Overigens zie ik ook dat wij de leden zijn met het alleroudste bootje, uit 1975. Nou ja, dan hoeven wij daar ook niet persé naar toe, zegt Hanneke.
We maken een avondwandelingetje en ontdekken dat het eiland veel begroeider is geworden dan voorheen. De strandjes waar Jelle en Lieke ooit zochten naar de allerkleinste hoorntjes en schelpjes (“Die grote kan iedereen vinden, maar die kleintjes, dát is pas echt moeilijk!” sprak pa ooit huichelachtig) zijn verdwenen. Het zand is weggespoeld, er liggen alleen keien. Duinen zijn overwoekerd door heftige braambossen, er zijn nog nauwelijks paardensporen en struikgewas is uitgegroeid tot volwassen bomen. Het eiland is veel meer ‘natuur’ geworden, maar ook beduidend minder toegankelijk, zeker voor kleinere kinderen.
Vrijdag begint om 7 uur – geheel volgens voorspelling – nat en zeikerig. Toch wordt het langzaamaan droog. Om 9 uur komt het leven hier op gang. Er verschijnen wat pony’s. Om 11 breekt het zonnetje een beetje door. Onze havendwaas vaart rondje in z’n rubberbootje, luid zingend, en roept dat zijn motortje uit 1972 stamt en dat z’n bootje halfvol water staat doordat het lek is. Geen wonder dus, dat dat kleine k..-hondje de hele tijd blaft: die heeft nog geen zin om samen ten onder te gaan. Aan de overkant heeft een onsympathieke Duitse boot al twee uur z’n motor staan draaien om de accu’s weer fit te krijgen voor een avondje tv…. Ik ben begonnen aan één of ander klusje. Om een uur of half drie vind ik het wel welletjes. Pijn in mijn rug en mijn werkspier belemmeren mij ernstig in mijn beweging, dus ik stop ermee. Hanneke heeft in navolging ook weer een bezem ter hand genomen en maakt het dek verder schoon. Zij volgt al ras mijn lichtend voorbeeld en gaat opnieuw een puzzeltje doen. Intussen stroomt het haventje vol met allerlei weekend-gangers, de meeste van rond het Hollands Diep. Er volgen allerlei interessante gesprekken tussen de nieuwkomers, vaak over die lui die naar de Middellandse Zee gaan, waar het allemaal niks kost. Leerzaam hoor, want waar wij geweest zijn was het leven wel iets goedkoper, maar ook weer niet gratis… En dan komt er een bootje dat er niet meer bij past langs de kant. En omdat onze stoorwillen zo uitnodigend klaar hangen… Tja, wel aardige mensen, maar veel contact hebben we niet want zij gaan andersom liggen.
week 3 – Zaterdagochtend ben ik heel vroeg wakker na een sprookjes-achtige droom. Tegen tien uur vertrekken wij, en onze buren dus ook. We varen naar Bruinisse. Het weer is wat aardiger dan voorspeld. Vlak voor Bruinisse komt de hele Hallberg Rassy club naar buiten. Een honderd, vooral grote en dure boten. De Marlijn is dus de alleroudste boot van dit gezelschap….. We gaan de haven in om wat boodschappen te doen. De supermarkt is piepklein en heeft bijna niets. De watersportwinkel is peperduur en heeft wel heel veel tegen heel veel geld. We vertrekken weer. Intussen is het best zonnig en het waait stevig vanuit het NNO , dus schuin tegen. De Stampersplaat is vol, de Ossenhoek ook, dus door naar de Middelplaat (hoewel Hanneke Bommenede nog wel ziet zitten). Het wordt ook kouder, de wind harder, maar we zetten door en vinden een gaatje op de Middelplaat. Chih Ling helpt ons aanleggen. Zij gaan boodschappen doen en Hanneke kan mee. Ik ga een klusje doen aan de boegspriet. En dan komt er een grote zeilboot vragen of ze bij ons langszij mogen. Tsja, dat krijg je met de stoorwillen zo uitnodigend klaar hangen…. Als Tony en Chih Ling terug komen gaan we gezellig borrelen op de Marlijn. En aldus schiet het eten er bij in, na al die hapjes en drankjes.
Zondagochtend begint grauw, maar al vrij snel ontstaan gaten in het grijs. Ik zet een bankje in de teakolie. Onze hoogbejaarde en eenkennige achterbuurman, wonend op een afgetakeld barrel van een vrachtscheepje, krijgt een aanval van nostalgie over betere tijden. Hij zet een langspeelplaat met café-muziek op: “Ouwe juffrouw Jansen, die houdt van dansen….” en veel nederlandstalige dukbox-treurnis. Dat gaat een uurtje door, maar de buurman heeft een fijn zintuig: het binnendsmond gemopper bij de buren brengt hem tot zwijgen. Tony en Chih Ling verkassen plotseling van hun plek in de wind, een heel eind verderop, naar een plekje naast ons aan de binnenkant van de steiger. Zus Henny en dochter Joice, alsmede een broer van Chih Ling, Lowry en een zwager Willem komen bij hun buurten. Na wat zoeken vind ik intussen de goede maat splitpennen en zet daarmee beide spanners van de boegspriet weer vast. Ook maak ik een kikkertje aan de mast voor een vlaggenlijntje. In de wind is het onaangenaam koud, in het zonnetje daarentegen, iets te warm. Tegen één uur maken onze buren voorzichtige voorbereidingen om naar Herkingen terug te zeilen. Dan hebben wij ook weer wat uitzicht. Op het moment dat zij wegvaren komt Piet Sap met z’n vriendin op de Adamante aanvaren. Hun auto stond hier al geparkeerd, dus het is niet echt onverwacht. De familie Tseng vermaakt zich, vooral als broer Lowry zegt dat hij de mast wel in durft om het windmetertje op gang te helpen, maar niet verder komt dan de zalingen (6 meter, dus nog niet halverwege). Intussen krijgt Hanneke een aanval van poetslust. Dus zitten we de kuip schoon te maken en te poetsen, en met resultaat! Over vijven vertrekt de familie Tseng weer en wordt het rustig. De bemanning van de Pescador hangt uitgeput in de railing. Ik maak ‘penne’ met pastasaus met ballen, en wel zoveel dat we er drie dagen van kunnen eten. Morgen weer eens een dagje Ossenhoek? ’s Avonds spelen we nog wat liedjes. Ook blijkt Chih Ling nog een nieuwe gasfles te willen halen, water te willen tanken en te verkassen naar de Ossenhoek. Nou, dat komt ons wel heel goed uit: onze brandbare waar (gas en shag) loopt op z’n eindje. Dus we willen graag mee!
Maandagochtend ziet het weer er on 7 uur al best goed uit. Helaas blijkt ons gas op, dus de koffie moet nog even wachten. Tegen half negen duikt Chih Ling op. We kunnen een gastankje van hem lenen. Het komt dus goed uit dat we gas gaan halen: een grote en drie kleine tankje voor ons, één grote voor hem, en …. shag (er zat een angstwekkend gat in de voorraad…). Dat blijkt nog een prijzig geintje! We zijn voor de hele zooi gas bijna € 180 kwijt! Als we terug zijn gooien we los om water te tanken. Daarna naar de Ossenhoek. Daar is het uit de wind warm, echt warm! Wij gaan verder met poetsen; Chih Ling gaat rommelen met z’n bijboot. Op een gegeven moment zie ik – een eind verderop – een Aalscholver in gevecht met een grote paling. Het duurt misschien wel een kwartier, want de paling werkt niet mee! Hij wil persé niet met z’n kop naar binnen. Tsja, en als je hem dan in het midden beet hebt als Aalscholver…. Hanneke maakt de hele kuip brandschoon en weer glimmend. Daarbij steekt mijn strookje gecleande teak maar povertjes af. Maar ja, de cleaner was op…. Als beloning zorg ik voor een douchebeurt voor madame. We eten weer penne met saus. Het blijft prachtig weer, hoewel winderig. Wij liggen in de luwte, dus hebben daar weinig last van. Ton komt met de Santé vlak bij liggen. Tegen de avondschemering wordt het sociale leven hier heel stil, zeg maar nul. Nou ja, dat is ook wel weer rustig, behalve de deining die op een vreemde manier hier de ligplaats binnen komt, haaks op de wind.
Dinsdag 12 juni is het grauw bewolkt. De binnenkomende golven maken onze ligplaats een beetje onrustig, terwijl er toch weinig wind staat. Als er plek komt aan het andere eind van het haventje verkassen we daarheen. Daar liggen we heel rustig en vrijwel helemaal uit de wind. Een prima plekje bij alle windrichtingen en -sterktes! Nu nog wat zon…. Die komt magertjes, tegen het eind van de middag. ’s Avonds spelen we wat en Tony en Chih Ling halen wat oude koeien uit de sloot.
Woensdag begint schitterend, voor even. Dan, na twaalven is het weer lekker zonnig en dat blijft de rest van de middag. Ik voltooid het stromend water, maar de elektrische aansluiting is niet naar m’n zin. Morgen opnieuw kijken. Hanneke schrobt de algen van het dek. Het wordt steeds mooier hier! Woensdagavond laat (het is al donker) horen we opeens allemaal boten vertrekken, na elkaar. Blijkbaar hebben ze alsnog besloten dat de voorspelde windrichting en -kracht 7 teveel voor hun gemoed is. Een Duits bootje komt na een uurtje toch weer terug, met veel misbaar.
Donderdag is een winderige en – af en toe – druilerige dag. Ik zet ons tafeltje in de teakolie. Dat is een hele verbetering. Hoewel gewaarschuwd was voor windkracht 7 tegen het eind van de dag, is het dan juist droog en ook de wind wordt behoorlijk rustig.
Vrijdag begint heel zonnig. Dan trekt er een wolkenveld over en lijkt de pret over. Chih Ling komt om half tien zeggen dat ze naar de Middelplaat gaan. Nou, wij ook dus. Al halverwege zien we dat de Brouwersdam helemaal in het zonnetje ligt. Wij passen precies op een plek aan de steiger. De Pescador gaat een klein eindje verderop aan dezelfde steiger liggen, maar aan de binnenkant. Zij blijken bijna alle bootjes en opvarenden hier te kennen. Onze buren, Willem (loopt rond alsof hij slaapwandelt) en Artje (zoveel lol in sex dat zij er voortdurend vunzige grappen maakt), Mart (klein mannetje met witte baard en snor met opgekrulde punten) en Ien. Een behoorlijk luidruchtig stel bejaarden met bootjes, maar wel gemoedelijk. Langs de waterkant scharrelt hier af en toe een Lepelaar. En vanochtend vloog hij over: een soort zwaan met een lang bek met een lepel aan de voorkant. Vroeger kwamen die bijna niet meer voor in Nederland, maar tegenwoordig schijnen ze weer redelijk vaak voor te komen. We gaan om 11 uur met de auto boodschappen doen: eerst naar Renesse, dan naar Burgh-Haamstede en dan via Scharrendijke weer terug. ’s Avonds barbecuen we op de Pescador. Lekker maar teveel. Tegen negenen begint het behoorlijk te misten, maar een uur later trekt die weer weg.
Week 4 – Zaterdag 16 juni begint vrij zonnig, maar dat duurt niet lang. Tony en Hanneke willen naar een marktje in Goedereede. We parkeren bij een oude molen, die we dan ook meteen bekijken. Opmerkelijk hoe geruisloos dat ding staat te draaien! Daarna gaan we naar het marktje, vlak voorbij de kerk. Het is er één met mensen in klederdracht en oude ambachten, aan de ene kant heel primitief, maar ook wel leuk: een barbier, een mandenvlechter, een wasvrouwtje, visrokerijen en allerlei kramen. Zo te zien doet heel het dorp mee. Twee mannen maken muziek, oud-Hollandse liedjes. Ze komen uit Leiden en herkennen Hanneke meteen en zij ‘mag mee’ in hun speciale act: in het midden tussen hen in in een opblaaskano zonder bodem, terwijl zij spelen ‘Ik heb je ooit een keer gezien, …. daar bij de waterkant….’ Ook heel grappig is een kraam met een Goereesche Fruitautomaat: drie mannetjes zitten met een juten zak voor zich. Je ‘koopt voor twee kwartjes drie plastic fruit-dingetjes. Dan mag je twee keer zwengelen aan de arm van een vierde man, de drie maken een sirene-achtig geluid en graaien in de juten zak een eigen fruitje. Als de gezamenlijk fruitjes van de mannen overeen komen met de drie in je hand heb je gewonnen…. Hanneke probeert het twee keer: mis! Dus wil ze nog twee kwartjes….. Weer mis! (Zo komt een gokverslaving dus in de wereld!) Dan komen we een Koos en Nelleke tegen (vrienden van Chih Ling) en genieten we gezamenlijk een koffie met zelfgebakken appeltaart. Als we willen afrekenen beweert de eigenaar dat het al betaald is door een dame. Pas na een hele tijd blijkt dat hij zich vergist heeft en dan moeten we alsnog betalen. Al met al is het wel een gezellig gebeuren. Terug op de boot vraagt een Indische meneer (Harry) een beetje bescheten of zijn vrouw, Lize, misschien ook mag meespelen met de gitaristen. Natuurlijk! Een paar uur later is het zover: we gaan op de kant bij een picknick-tafel spelen. Ze speelt goed en zingt prima (wel erg hoog) maar zo bescheiden dat het voor ons heel moeilijk te volgen is. Dat gaat dan wel moeizaam. Intussen gaat het steeds harder waaien en al haar muziekbladen waaien over de kade. Het toegestroomde publiek – veel oude besjes en hun mannetjes – vinden het een tegenvaller, net als wij….. En zo loopt het dus af, uit als nachtkaars… Wanneer we de gitaren naar de boten brengen, kiest de dikke map met alle liedjes van Chih Ling onverwacht en geheel zelfstandig het ruime sop… Gelukkig slagen we erin de drenkeling tijdig weer aan de wal te krijgen. (Hopelijk blijven z’n teksten leesbaar!) Op de boot, met alle tegenwindse flappen dicht, is het nog zo goed uit te houden dat we hoofdzakelijk vloeibaar eten…. En dan dus maar vroeg naar bed.
2017 – Met de Marlijn terug naar Nederland
De verslagen over onze terugreis met de Marlijn van Port St Louis du Rhône aan de Middellandse zee naar Leiden (met veel foto’s) zijn in een reeks pdf-documenten samengevoegd. Door op een link hieronder te klikken kan het pdf-bestand worden geopend.
2017 – I. De voorbereidingen voor de terugtocht
2017 – II. De Rhône op naar Avignon en Viviers
2017 – III. Over de Rhône van Valence naar Lyon
2017 – IV. Bij Lyon de Saone op
2017 – V. Het ‘Canal entre Champagne et Bourgogne’
2017 – VI . Over het ‘Canal des Ardennes’ en de Maas naar Luik